zondag 14 februari 2010

Omvang vrijwilligerswerk in 2007

De tweejaarlijkse Vrijetijdsomnibus van het Centrum voor Onderzoek en Statistiek van de gemeente Rotterdam bevat een aantal vragen die specifiek over vrijwilligerswerk en informele hulp gaan. Vrijwilligerswerk en informele hulp samen worden onbetaald werk genoemd. Vrijwilligerswerk wordt onbetaald, onverplicht ten dienste van anderen of de samenleving verricht in georganiseerd verband. Informele hulp vindt ook vrijwillig plaats, maar niet in georganiseerd verband, op "eigen houtje" dus.

Omdat de onderzoeken al vanaf 1995 op dezelfde manier worden gehouden kunnen ontwikkelingen in de tijd worden bekeken: de dynamiek van het vrijwilligerswerk kan tot op zekere hoogte worden onderzocht.Voor 1999 zijn jammergenoeg geen gegevens aanwezig.

Onbetaald werk
Rotterdammers zijn in de loop van de tijd opmerkelijk constant gebleken in het doen van onbetaald werk. De percentages in elk jaar worden hieronder weergegeven.

1995 1997 1999 2001 2003 2005 2007
-46%-44%---*----46%--47%--43%-43%

De bereidheid elkaar te helpen is dus in de loop van de afgelopen 10 jaar nauwelijks veranderd.

Informele hulp
Rotterdammers zijn in de loop van de tijd ook vrij constant gebleken in het geven van onderlinge hulp zonder dat dat in georganiseerd verband plaatsvindt. Per jaar geldt:

1995 1997 1999 2001 2003 2005 2007
30%---27%---*---27%--29%--28%-26%

We zijn elkaar op eigen houtje dus blijven steunen de afgelopen jaren.

Vrijwilligerswerk
Rotterdammers zijn, maar dat is gezien het bovenstaande niet verbazingwekkend, ook vrijwel even trouw gebleken in het doen van vrijwilligerswerk:

1995 1997 1999 2001 2003 2005 2007
30%---30%---*---32%--33%--30%--31%

Veel minder vrijwilligers?
Hoewel er dus altijd wel door iemand wordt verzucht dat we niets meer voor een ander over hebben blijkt dat niet uit de cijfers. De bereidheid elkaar op verschillende manieren te ondersteunen is nagenoeg constant, wanneer wordt gekeken naar de percentages van de Rotterdammers die erin actief zijn.

Maar:
Een gevoel van een tekort aan vrijwilligers zou kunnen ontstaan wanneer niet zozeer het aantal vrijwilligers bepalend is, maar het aantal uren dat ze samen maken of wanneer de vraag naar vrijwilligers stijgt. Daarover meer in andere posts.

Bron: Vrijwilligerswerk en informele hulp in Rotterdam 2007, resultaten uit de Vrijetijdsomnibus 2007. Drs. P.A. de Graaf, Centrum voor Onderzoek en Statistiek, juli 2008. In opdracht van de dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten